Gisteren was Fé alweer een half jaar oud. De tijd gaat zo snel voorbij. Het is een cliché dat altijd wordt benoemd en inmiddels heb ik ervaren dat dit ook echt zo is. Het verhaal over mijn bevalling typte ik op 18 november, toen Fé acht weken oud was. Het was pas zo kort geleden, maar het leek toch een eeuwigheid. Het heeft even geduurd voordat ik de tijd kon vinden om de tekst na te lezen. De bevalling die helemaal niet verliep zoals ik eigenlijk had gehoopt. Ondanks dat ik er altijd positief naar heb uitgekeken, heeft dit er niet voor kunnen zorgen dat het ook echt een positieve ervaring werd. En nu denk ik vrijwel dagelijks terug aan hoe graag ik het anders had gezien.
Droombevalling
Wanneer je er langer over doet om zwanger te worden (en te blijven) , dan heb je ook langer de tijd om na te denken over alles. De zwangerschap, de bevalling, de opvoeding en alles dat er maar met een baby te maken heeft. Ik heb dan ook uitgebreid de tijd gehad om me in te lezen over al deze onderwerpen. Het was voor mij een manier om te blijven uitkijken naar een eventuele zwangerschap en een kindje. Je kunt dus wel zeggen dat ik me echt wel heel goed en vooral positief had voorbereid op mijn zwangerschap en bevalling. Misschien wel meer dan de gemiddelde vrouw zou doen.
Al voordat ik überhaupt zwanger was, wist ik al precies hoe ik zou willen bevallen en wat ik absoluut niet zou willen. Ik heb me uitgebreid verdiept in complicaties, medische handelingen en manieren waarop een zwangerschap zou kunnen verlopen. Ik was er ergens van overtuigd dat ik met een positieve mindset ver zou komen en op die manier enigszins het verloop van mijn bevalling kon beïnvloeden (lees: net zoals met veel dingen in het leven). Natuurlijk wist ik wel dat je een bevalling niet kunt plannen. Er op voorhand negatief naar kijken zou echter ook niet geholpen hebben. Dus koos ik er bewust voor om er zo positief mogelijk naar te kijken. Ik had geen angst, keek er zelfs naar uit om te bevallen en de baby te ontmoeten.
Mijn droomscenario was om thuis te mogen bevallen en dan bij voorkeur in bad. In alle rust in een veilige omgeving. Dat onze dochter als eerste door ons aangeraakt zou worden. Niet in fel TL licht ter wereld zou komen. Geen stressvolle situaties, talloze vreemde handen, gewoon alles heel vertrouwd en rustig. Ondanks dat ik daar de nodige commentaar op heb gekregen en discussies over heb moeten voeren, bleef ik me vasthouden aan het positieve en dat het ons gegeven zou zijn om het op die manier te mogen doen. Er was namelijk tijdens het grootste deel van mijn zwangerschap geen reden waarom dat niet zou lukken. En omdat ik niet in een negatieve spiraal terecht wilde komen, waarin ik zelf ervoor zou zorgen dat het zou omslaan in een ander scenario. Mensen praten je heel graag hun eigen angsten of ervaringen aan en daar wilde ik ons tegen beschermen.
Commentaar
Natuurlijk heb ik tijdens mijn zwangerschap, regelmatig commentaar gekregen omtrent mijn ideeën over bevallen. Dat ik graag thuis wilde bevallen werd niet begrepen. Dat ik graag gebruik wilde maken van een bevalbad, werd zelfs belachelijk gemaakt. Ik heb zoveel negatief commentaar gekregen van mensen, dat ik niet meer de behoefte had om er met andere mensen over mijn aankomende bevalling te praten. Mede omdat mensen telkens opnieuw hun negatieve overtuigingen en ervaringen op mij gingen projecteren.
Ja, ik wist heus wel dat ik in geval van nood niet thuis in bad kon bevallen. En ik wist ook heus wel dat het heel anders kon lopen. Het was vrij vervelend om daar continu commentaar over te krijgen, waardoor ik er op een bepaald punt maar gewoon niets meer over zei. En het meest vervelende was dat toen ik uiteindelijk toch in het ziekenhuis moest bevallen, ze konden zeggen: zie je nou wel. En dat ik tot op de dag van vandaag moet horen dat Fé dood was gegaan als we thuis waren gebleven om daar te bevallen. Dat heeft deze toch al nare ervaring, nog veel erger gemaakt.
Afwachten
Na het veranderen van verloskundige en de groeiecho met 32 weken, werd ineens duidelijk dat er een kans was dat onze baby ‘groter’ zou zijn dan gemiddeld. Met een gemiddelde waarde van P82 en een buikje met een waarde van P94. Deze waarde geeft een schatting aan. P50 is gemiddeld, P94 wilt zeggen dat er gemiddeld 94 baby’s van de 100 baby’s een kleiner buikje hebben en 6 baby’s een grotere buik. Met een waarde van P50 zou je een ‘gemiddelde’ baby verwachten van ca. 3,5 kilo. Deze hoge P waarden waren niet meteen reden tot paniek, het bleef voor ons een soort van grijs gebied.
Ze kunnen namelijk nooit met zekerheid zeggen of de baby ook écht ‘groter’ dan gemiddeld zal zijn, er zit een behoorlijke foutmarche op deze berekeningen. Daarom is het ook lastig om een passend plan te maken, je weet namelijk nooit 100% zeker of een baby echt (te) groot zal zijn. In veel gevallen zitten ze ernaast en is de baby gemiddeld qua grootte. Wel wordt er rekening gehouden met de bevalling en dat deze eventueel anders zou kunnen lopen, wanneer een baby groter is dan gemiddeld. Zo kan de baby niet door het geboortekanaal passen of klem komen te zitten met de schoudertjes. Welke voor bepaalde complicaties kan zorgen, die nadelig kunnen zijn voor de baby (en de moeder). Het is allemaal ‘kan’ en ‘kunnen’, want zeker is het nooit.
Tijdens de groeiecho met 36 weken, bleek de gemiddelde waarde gezakt naar P68, maar dat het buikje groot was (lees: nog altijd P96). Wanneer het buikje tijdens groeiecho’s tweemaal op P96 of hoger wordt gemeten, dan wordt je automatisch medisch en wordt je overgedragen aan de gynaecoloog. Je ‘moet’ dan bevallen in het ziekenhuis (lees: je mag dit ook weigeren en moet niks). Bij ons zaten we er dus nét onder en werden we nét niet medisch op basis van de grootte van haar buikje. Wel werd besproken dat de bevalling anders zou kunnen lopen dan gepland. Ondertussen wilde Fé nog lekker lang in mijn buik blijven, waardoor het allemaal nog iets spannender werd. Want elke week dat ze langer in mijn buik zat, werd ze natuurlijk nog ‘groter’.
Inleiden
Ondanks onze positieve kijk op alles en de super fijne en makkelijke zwangerschap die ik heb gehad, werd onderweg naar het einde duidelijk dat het allemaal wel eens anders zou kunnen gaan lopen. Ondanks dat ik de nodige dagen oefenweëen had en we een aantal keer dachten dat het zo ver was, bleef onze meid gewoon veilig zitten bij mama. Ondanks de dadels, ananas, frambozenbladthee en alle andere zogenaamde hulpmiddelen. Die helpen allemaal niet wanneer een baby er zelf nog niet klaar voor is om te komen. Daar was ik al van overtuigd en daar ben ik echt het levende bewijs van. Ook meerdere malen strippen heeft voor ons niet gewerkt: mijn ontsluiting bleef op 1 cm hangen. Wanneer een baby er nog niet klaar voor is, dan zal de baby niet komen omdat jij dat zo graag wilt.
Uiteindelijk besloten we daarom om toch – zo laat mogelijk – een afspraak op het ziekenhuis in te plannen voor een intake m.b.t. het inleiden van de bevalling. Dit was een fijn gesprek, waarin we gerustgesteld werden. Dat het er voor onze dochter niet zo slecht uitzag, omdat haar gemiddelde waarde (P68) eigenlijk niet hoog genoeg was voor paniek. De professor gynaecoloog zei tijdens de laatste echo ook dat hij echt niet verwachtte dat het een baby van 4,5 kilo zou zijn. Wel plande we voor de zondag daarna een inleiding in. Dat was toen zes dagen later, waardoor we toch nog even konden afwachten. Onze hoop was dat de bevalling toch spontaan zou beginnen ergens in die zes dagen en dat ik dan toch gewoon thuis kon bevallen. Dat kon ook gewoon een veilige optie zijn, volgens de professor gynaecoloog die we toen spraken. Kortom: geen reden tot paniek en er was geen bezwaar tegen thuis bevallen.
Zondag
Die zondag bleek dat de bevalling niet vanzelf op gang zou komen. Ondanks de nodige pogingen tot strippen en het oneindig eten en drinken van zogenaamde ‘hulpmiddeltjes’ uit grootmoeders tijd. Er zat dus niets anders op dan toch voor de inleiding naar het ziekenhuis te gaan. Iets waarvan ik van dag één heb gezegd dat ik het niet wilde. Dat ik niet geloofde in inleiden. Een baby die niet wilt komen, komt ook niet ineens sneller d.m.v. een inleiding. Je kunt je lichaam niet programmeren en forceren om iets te doen waar het in de kern voor gemaakt is.
Ik had er die ochtend dan ook helemaal geen goed gevoel over. Eenmaal in het ziekenhuis merkte de klinisch verloskundige dat ik er eigenlijk helemaal geen zin in had, die ballon. Na een gesprek besloot ik echter toch om de ballon te laten plaatsen. Omdat ik angst begon te krijgen dat het anders slecht zou zijn voor ons kindje. Mede door dingen die gezegd werden. En dit was niet eens op basis van het gewicht van Fé, maar meer om me een richting op te duwen voor het gemak van hun. En het welzijn van de baby was natuurlijk het allerbelangrijkste voor ons, waardoor ik geen risico’s durfde te nemen.
Stiekem hoopte ik dat die ballon er gewoon binnen enkele uren zou uitvallen en dat ik dan mijn dochter nog die avond vast kon houden. Ik bleef positief, soort van. Tijdens het plaatsen van de ballon bleek dat dit niet zomaar lukte. Uiteindelijk waren er vier pogingen nodig om de ballon te plaatsen. Waardoor ik me weer ging afvragen of het wel de juiste keuze was. Ik had al veel eerder in de zwangerschap tegen Tom gezegd dat ik in het geval van een inleiding zeker wist dat het uiteindelijk een keizersnede zou worden. Dat je dan eerst dagenlang ligt af te zien, om vervolgens toch middels een keizersnede te moeten bevallen. Alleen wisten we toen nog niet dat het uiteindelijk echt zo zou gaan lopen.
Ballon
Toen de ballon er eenmaal in zat, moest ik nog een half uur aan de CTG. Daarna werden we naar huis gestuurd en moesten we ons de ochtend nadien weer melden. Nog op het ziekenhuis merkte ik al dat mijn lichaam heel heftig reageerde op de ballon. Ik vroeg toen nog aan de verpleegkundige of dat een normale reactie was. Volgens haar was het pas zorgelijk wanneer ik niet meer kon lopen van de pijn. Dit is natuurlijk een ruim begrip, want wanneer kan iemand niet meer lopen van de pijn? Voor persoon A is dat anders dan voor persoon B. En eigenlijk een waardeloos antwoord op mijn vraag.
Eenmaal thuis had ik binnen een half uur zoveel pijn dat ik niet meer wist waar ik het zoeken moest. Tom heeft toen het ziekenhuis gebeld, we mochten meteen terugkomen en ‘neem voor de zekerheid jullie spullen maar mee’. We werden we op een ongezellige verloskamer geïnstalleerd met afschuwelijk zonnebloemen behang. Daar hebben we uiteindelijk 24 uur lang gelegen. Zonder enige vordering. De kamer waar verwacht wordt dat je plat op je rug en liggend, de baby er zo snel mogelijk uit zal poepen. Alles wat ik niet wilde. Geen eigen badkamer of toilet, wat een armoe was dat. Ik heb er nog steeds geen woorden voor. Na die 24 uur werden we gelukkig verhuisd naar een heel mooie en luxe verloskamer, met bevalbad en douche. Toen kreeg ik weer even nieuwe moed. Ik weet niet hoe of waarom, maar het voelde even alsof het toch nog goed ging komen.
Misoprostol
Ik kreeg om de zoveel uur pilletjes die de baarmoedermond moesten verweken (lees: weëenopwekkers), Misoprostol. Die pilletjes kende ik nog van mijn miskraam, welke ik thuis moest opwekken met diezelfde pilletjes. Ik gaf aan dat ik toen ook pas in de avond daar een reactie op kreeg. En dat ik verwachtte dat het ook deze keer wel even kon duren. Daar werd niet op gereageerd.
In de avond bleek ik bij de zoveelste controle 4 cm ontsluiting te hebben en lag de ballon los. Eindelijk een stapje verder, de ballon zat er toen al 36 uur in. Na de zevende pil, begon ik echter pijn te krijgen. Heel veel pijn. Eerst lukte het me om deze pijn op te vangen onder de douche en dacht ik nog ‘dit valt best mee, zo onder de douche’. Na een half uur in en uit de douche te gaan, bleek dit onmogelijk. De weëen bouwden zich niet langzaam op, maar veranderden in een lange, zeurende pijn. Ik kon niet meer rechtop staan of lopen.
Eigenlijk was het gewoon één lange, heftige wee. Zonder pauze. En de pauze’s die er waren, duurde een paar seconden. Het lukte me niet om ze weg te ademen, te denken of te puffen. Door de intensiteit had ik geen tijd om me te concentreren op mezelf. Er was daarnaast ook niemand die uitlegde wat er gebeurde. Er was geen verloskundige die me ondersteunde. Er was wel een ongeduldige verpleegkundige, die blijkbaar geïrriteerd was dat ik pijn had. Er werd alleen op een botte manier gezegd dat ik moest puffen en niet zo moest schreeuwen. Doordat het me niet lukte om het onder controle te krijgen, raakte ik in paniek. Normaal kan ik heel goed tegen pijn en kan ik ook goed mijn gedachten op 0 zetten. Dat lukte me niet tijdens mijn bevalling, omdat ik niet goed wist wat er gebeurde.
Het duurde ongeveer een uur, voordat er weer een gynaecoloog kwam kijken. Ik was inmiddels totaal in paniek. Ik liep maar wat door de kamer, omdat ik geen idee had hoe ik dit nog uren moest doen. Zonder enige verbetering of pauze. In de kamer naast ons was een andere vrouw echt oorverdovend hard aan het krijsen van de pijn. Tom wist ook niet wat hij voor me kon doen. Niemand legde ons iets uit. Het was echt een heel nare situatie.
Twijfel
Op dat moment begon ik te twijfelen aan mezelf. Omdat het me niet lukte om die pijn te verdragen. Dat er miljoenen vrouwen voor mij zijn bevallen, zonder enige moeite en dat het mij nu al niet lukte. En ik zat pas op 4 cm ontsluiting. Die niet vorderde en waarvan we ook niet wisten wanneer het wel zou gaan vorderen. Ik was al aan het falen, voordat de bevalling goed en wel was begonnen. Geen enkele ademhalingstechniek die ik had geleerd, hielp tegen de pijn die ik had. Een ander hulpmiddel had ik niet. Behalve de geïrriteerde verpleegkundige.
Uiteindelijk heb ik tegen mijn wensen in, gevraagd om pijnstilling. Ik kreeg daarin twee opties: morfine of een ruggenprik. Morfine zou een aantal uren helpen, de ruggenprik zou de hele bevalling blijven zitten. Ik koos heel bewust voor een ruggenprik. Ergens was ik totaal verwijderd van wie ik ben en waar ik voor sta, er was echt alleen maar heel veel pijn, totaal geen medische ondersteuning en geen uitzicht op verbetering. De pijn bleef aanhouden en werd steeds erger. En er zat een mini meisje in mijn buik, die ook zat te vechten. En niet om eruit te komen, eerder om nog langer te blijven zitten.
Achteraf gezien, besef ik me pas dat het waarschijnlijk een weëenstorm was. Dat vertelde niemand, dat heb ik op internet moeten opzoeken. Het duurde vervolgens nog een eeuwigheid voordat de anesthesist de ruggenprik ook echt kwam zetten. Gelukkig viel het zetten van de ruggenprik mee. Ik heb nog steeds geen idee hoe het me gelukt is om stil te blijven zitten toen deze werd geplaatst. Ik was vooral dankbaar dat dit in één keer lukte. Dat was nog een angst, dat ik door de pijn niet stil zou kunnen zitten en het plaatsen mis zou gaan. Na het plaatsen van de ruggenprik vielen er nog meer van mijn wensen weg. Ik mocht niet meer in bad bevallen, kon niet meer rondlopen en moest in bed gaan liggen. Liggend bevallen was nog iets dat ik niet wilde en ook die keuze viel weg.
Onrustige nacht
Eenmaal in bed begon de verdoving langzaam te werken. Na twintig minuten voelde ik echt geen pijn meer. Er werd me uitgelegd hoe de ruggenprik werkte, dat ik elk kwartier zelf op de knop moest drukken. Alleen wanneer de pijn erger was dan de pijn die ik daarvoor had. Er werd een katheter geplaatst. Ik lag continu aan de CTG en er werd gestart met weeënopwekkers. Nog iets dat ik eigenlijk niet wilde, maar wat onvermijdelijk was in deze situatie. Op die manier heb ik een paar uur rustig kunnen slapen, niet vast, maar toch een beetje kunnen uitrusten. De situatie zag er opeens heel anders uit.
Na een aantal uur kwamen ze de ontsluiting nogmaals controleren. Nog steeds bleek er niet echt iets veranderd te zijn, nog steeds 4 cm, maar wel een klein beetje meer. De gynaecoloog gaf aan dat ze mijn vliezen kon breken en vroeg of ik dat wilde. Daar hebben we mee ingestemd. Ik wilde deze situatie zo snel mogelijk achter de rug hebben. Voor het breken van de vliezen werd alles heel goed gecheckt. De navelstreng, de positie van de baby, de hartslag. Alles was in orde en mijn vliezen werden gebroken. Ik bleek enorm veel vruchtwater te hebben, dus het stroomde aan de twee kanten, langs het bed, op de grond.
Bradycardie
Op het moment dat de gynaecoloog klaar was met deze handeling en een stap naar achteren deed, stopte het geluid van de CTG van de baby ineens. Waardoor het leek alsof het hartje was gestopt met kloppen. Ik weet nog precies hoe ik me toen voelde, dat gevoel kan ik terughalen. Het was een heel angstig en onheilspellend moment. Er waren ineens allemaal mensen in de kamer. Er was wat paniek, ik moest op mijn linkerzij gaan liggen, de weeënopwekkers werden meteen gestopt en ik kreeg weeënremmers ingespoten. Er werd niet meteen gezegd wat er aan de hand was, waardoor ik in paniek begon te raken. Niemand zei iets op dat moment. De gynaecoloog moest dingen vier keer vragen voordat de verpleegkundige de handelingen ook daadwerkelijk deed, omdat iedereen naar de monitor staarde.
Er werd met spoed gevraagd of ik akkoord ging met een schedelelektrode (lees: welke ik dus ook eigenlijk niet wilde). Gelukkig hoorden we daardoor binnen een minuut het hartje van de baby kloppen. Heel langzaam, maar het klopte wel nog. Dat was een heel angstig moment, omdat ik echt dacht dat de baby dood was was toen de CTG ermee stopte. Niemand zei ook iets en het leek wel een eeuwigheid te duren, die stilte.
Alles oké
Gelukkig herpakte ons meisje zich vrij snel en klopte het hartje al snel weer volgens het oude ritme. De gynaecoloog legde ons uit dat het niets ‘heel ernstigs’ was en dat dit (lees: een bradycardie) vaker voorkwam. Dat ze het ook eerlijk zou zeggen wanneer het wel foute boel was en dat er voor nu niets meer aan de hand was. Waarschijnlijk was het hoofdje van de baby door het breken van de vliezen, heel snel in het geboortekanaal gezakt. Daar kan een baby van schrikken. Ze wist immers zeker dat de navelstreng niet om het nekje zat.
Uiteindelijk zijn we dus weer gaan slapen, al hield ik wel de monitor continu in de gaten. Ik sliep niet echt, ik lag te luisteren met mijn ogen dicht. Ik vertrouwde het voor geen meter. Wanneer je een zwangerschap verliest en daardoor de controle kwijt bent, dan hou je daar toch een soort trauma aan over. Dat je dus telkens bang bent dat je baby dood gaat. Zelfs tijdens de bevalling nog. En zelfs nu nog wanneer de baby er eenmaal is. Ondertussen bleef de vrouw in de kamer naast ons schreeuwen, het was echt heel naar om te horen.
Tom ging rond een uur of 6 even naar het toilet en precies op dat moment gebeurde weer hetzelfde: de hartslag viel weg. Doordat ik me niet goed kon bewegen, kon ik niet zelf op de knop drukken. Dus ik riep op Tom, dat hij snel op de knop moest drukken. Er stonden binnen enkele seconden zes man rond mijn bed. Weer was de hartslag heel laag, onder de 50. Ik had me ondertussen uit paniek al zelf op mijn linkerzij gedraaid. Ik kreeg opnieuw weeënremmers en weer werden de weeënopwekkers stopgezet. Gelukkig herpakte ons meisje zich weer vrij snel en klopte het hartje weer op het goede ritme. De lol was er echter wel een beetje af inmiddels. Wat een ellende.
De gynaecoloog stelde ons weer gerust, het kwam vaker voor en er was geen reden tot paniek. Achteraf gezien werd alles eigenlijk een beetje kleiner gemaakt dan het daadwerkelijk was. Een beetje veel.
Beslissing
Toen we weer met z’n tweetjes waren zei ik tegen Tom dat ik die situatie niet meer wilde. ‘Ik wil dat ze haar er nu uithalen’. Dat ik niet nog uren in angst ging liggen wachten totdat dit weer zou gebeuren, misschien met minder goede afloop. We waren toen al bijna 48 uur onderweg. Daarom heb ik de gynaecoloog gevraagd wat onze opties waren. Zij verzekerde mij dat ze erop vertrouwde dat ik nog steeds ‘gewoon’ kon bevallen en er geen reden was tot paniek. Ik had echter nog steeds diezelfde 4 cm ontsluiting en je kunt met gemak uren of dagen doen om tot 10 cm ontsluiting te komen. En dan ben je er nog niet, dan moet de baby er nog uit. In mijn geval met een gevoelloos onderlichaam.
Ze benoemde kort dat een keizersnede ook mogelijk was. Waarvan we met z’n tweetjes al hadden besproken dat we dat wilden. Ik wilde niet nog eens meemaken dat ons meisje het moeilijk kreeg. Die stress was voor ons ook niet goed. Een bevalling mag en kan een mooie ervaring zijn, dat is altijd mijn insteek geweest. Mijn voornemen was: een mooie bevalling. En dit was alles behalve mooi, dit was een traumatische ervaring voor ons allemaal.
De beslissing was dus vrij snel gemaakt. Ondanks dat ze me er nog vanaf probeerden te praten. En vanaf dat moment ging het eigenlijk allemaal heel snel. Er kwam een verpleegkundige die ons meer uitleg kwam geven. Alles uitgebreid met ons besproken heeft en onze begeleidster was tijdens het hele traject. We kregen te horen dat ze nog niet wisten wanneer er plek voor mij was in het schema van de keizersnedes. Het was toen half 8 in de ochtend en om 8 uur werd het schema bekend gemaakt. Daar moesten we dus op wachten.
Dit waren nog even spannende momenten. De weeënopwekkers waren gelukkig stop gezet en het hartje bleef in het juiste ritme kloppen. Toch lig je dan de hele tijd te wachten totdat er weer iets gebeurt. Gelukkig, kwam er rond half 9 goed nieuws: we mochten naar boven. Veel sneller dan we hadden gehoopt.
Keizersnede
Voor de keizersnede had ik totaal geen angst. Ik was heel rustig en liet alles maar gewoon gebeuren. Ik kon ook niet anders, dit was de beslissing die ik moest maken voor een goede afloop. En ondanks dat er mensen waren die twijfelde aan mijn vermogen om die keuze te kunnen maken, wist ik heus wel wat ik moest doen. Het is namelijk MIJN kind en IK ben de moeder. Tom mocht er gelukkig gewoon bij zijn en ging zich omkleden met de verpleegkundige die ons begeleid heeft tijdens de hele procedure. Ondertussen werd ik al naar de operatiekamer gebracht en werd alles voorbereid. Doordat ik al een ruggenprik had, hoefde alleen de dosis opgehoogd te worden. Ik was dus binnen enkele minuten al klaar voor de operatie.
Dit hele proces heb ik als heel positief ervaren. Alle medewerkers binnen de operatiekamer waren enorm lief en opgewekt. Ze hadden er duidelijk zin in om een baby’tje geboren te laten worden. Daardoor was er ook geen ruimte om bang te zijn. Iedereen heeft goed voor ons gezorgd en was heel lief. Tom werd kort voordat ze begonnen naast mij gerold op een bureaustoel. Voor ons hing een groot doek, dat pas omlaag zou gaan wanneer ze onze dochter uit mijn buik hadden getild. Ik heb de hele operatie niet gevoeld. Behalve wat bewegingen, geen pijn. Onze telefoons werden overgenomen en er werden uitgebreid foto’s en video’s gemaakt van de hele gebeurtenis. Dat is zo waardevol, dat ze zo attent waren om dit voor ons te doen (en waarschijnlijk ook voor andere mama’s en papa’s).
Ik vond het spannend, dat ik het hartje niet kon horen kloppen tussen de start van de operatie en het moment dat ze uit mijn buik zou komen. Er werd uitgelegd dat ik een soort slurpend geluid zou horen en dat onze dochter dan binnen één minuut geboren zou worden. Op dat moment zou ook het doek naar beneden gaan, zodat we onze dochter konden zien. Dit duurde allemaal nog geen 10 minuten.
Zo gepiept
Het moment dat er dan ineens een kindje uit je buik wordt getild, is heel vreemd. Een moment waar we zo lang op hebben gewacht. Zoveel emoties tegelijk. Je kent het kindje in je buik, maar het kindje dat uiteindelijk geboren wordt moet je nog helemaal leren kennen. Ik was heel opgelucht en blij toen ons meisje eindelijk gezond op mijn borst werd gelegd, na alle controles. Vanaf het eerste moment zo verliefd op haar. Onvoorwaardelijk liefde, zoals geen andere liefde.
Op de video zag ik later dat het niet echt ’tillen’ was, maar dat ze haar er echt uit hebben moeten wringen. Wel confronterend om te zien dat dat mijn lichaam was. Ik was helemaal bij en heb er gewoon niets van gevoeld. Wel achteraf natuurlijk, maar niet op het moment zelf.
Tijd om er echt over na te denken, had ik uiteindelijk niet. Het gebeurde allemaal heel snel. Ik voelde me de hele operatie goed, totdat ik ineens heel misselijk werd en moest overgeven. Ik kon mijn benen niet bewegen en voelde helemaal niets vanaf mijn middel. Ik zag hoe ik van het ene bed naar het andere werd getild, maar voelde er niets van. Toen leek het echt ‘peanuts’. Zoveel maanden later denk ik er echt dagelijks aan dat het maar liefst 20 minuten duurde voordat ik mijn eigen kind eindelijk bij me kreeg. En hoeveel handen haar hebben aangeraakt, voordat ik haar mocht vasthouden. Er wordt wel eens onderschat hoe verdrietig dit eigenlijk is, zeker wanneer je het zo graag anders had gezien.
Overweldigend
Het was een overweldigend gevoel om haar eindelijk te mogen ontmoeten. Niet middels de weg waar ik al die jaren van droomde, maar wel gezond en levend. Het allerbelangrijkste. Onze dochter werd meteen meegenomen en helemaal gecontroleerd door kinderartsen die aanwezig waren in de operatiekamer. Gelukkig mocht Tom met haar mee. Ondertussen gingen ze mij weer dichtmaken en lag ik te wachten totdat ik mijn dochter voor het eerst mocht vasthouden. Dat gaat in die positie niet echt, dus werd ze op mijn borst gelegd. Waar ze meteen begon te drinken. Een heel wonderlijk en bijzonder moment. De eerste momenten met je pasgeboren kindje, waar je zo lang naar uit hebt gekeken.
Uiteindelijk bleek Fé maar liefst 4565 gram. Dus wél 4,5 kilo. Er zijn wat mensen die er dus behoorlijk naast hebben gezeten. We zullen nooit weten of ik haar op de natuurlijke manier had kunnen baren, middels mijn droombevalling. Zelfs al was ik op die 10 cm ontsluiting gekomen uiteindelijk, dan was de vraag geweest of we er allemaal goed uit waren gekomen. Ook werd duidelijk dat de navelstreng klem zat tussen haar nekje en het geboortekanaal. Waarschijnlijk gebeurde dit tijdens het breken van mijn vliezen. De kans is dus heel groot dat het helemaal niet goed was afgelopen, bij een normale bevalling.
Omdat ik ‘maar’ 1 liter bloed was verloren, mochten we met ons drietjes naar de recovery en mocht ze al die tijd gewoon bij mij liggen. Ik kreeg ondertussen een raketje, toevallig mijn lievelings ijsje. Een detail dat ik nooit zal vergeten. Toen duidelijk was dat ik in orde was, werden we naar de kraamafdeling gebracht. Waar we een paar nachtjes moesten blijven.
Nog meer pijn
Daar werden we heel lief ontvangen. Mijn benen bleven nog een paar uur verdoofd en in die periode zag alles er echt prachtig uit. Onze dochter lag bij mij te slapen, dronk al heel goed van de borst en ik was enorm trots dat me dat wél lukte. Van alles dat mislukt was uit mijn oorspronkelijke geboorteplan. We konden nu beginnen met de rest en het zou een mooie periode worden. Alles voelde toen echt heel gelukzalig en fijn.
Totdat de ruggenprik begon uit te werken en ik enorm veel pijn kreeg. Niet zo zeer in mijn buik of litteken, maar de naweëen waren bij mij heel fel aanwezig. Elke beweging deed pijn. Praten deed pijn. Mijn dikke teen bewegen, deed pijn. Waardoor ik weer begon te twijfelen aan mezelf. Want er zijn vrouwen die meteen weer alles kunnen na een keizersnede. En ik niet. Ook daar hadden ze geen verklaring voor, wat die pijn precies was. Ik had het idee dat er soms werd getwijfeld aan me, terwijl het een soort aanvallen waren die ik kreeg. En ik ze echt niet kon verbijten of negeren.
De opa’s en oma’s kwamen vol trots kijken naar hun kleindochter en dat was zeker even gezellig. Een fijn moment. Het is zo fijn dat ze eindelijk bij ons is. Dat zijn dan ook de (weinige) fijne herinneringen aan onze tijd op het ziekenhuis. Tijdens de eerste nacht werd echter duidelijk dat de operatie op mij veel impact had. De katheter zat er gelukkig nog in, waardoor ik niet hoefde op te staan om te gaan plassen. Wel werd van me verwacht dat ik op de rand van het bed ging zitten. Dat ging eigenlijk gewoon niet. En toen ik eindelijk zat, moest ik weer die hele kwelling opnieuw ondergaan om terug te gaan liggen. Ik raakte weer helemaal in paniek door de pijn.
Langer blijven
De dag nadien was het niet veel beter. Ik wilde graag mijn dochter verzorgen, oppakken, verschonen, aankleden, troosten, knuffelen. Dat ging allemaal niet. Ik kon niet opstaan, laat staan lopen. Tom heeft vanaf het eerste moment alles gedaan en ik kon helemaal niets. Ik lag vanaf de zijlijn te kijken hoe anderen mijn dochter vasthielden en verzorgden, meters verderop. Dat heeft me veel verdriet gedaan. Het gevoel dat ik geen goede moeder was en dat ik nu al faalde in het moederschap. Dat ik me niet over die pijn heen kon zetten voor mijn dochter. Dat ze beter verdiende dan ik.
Op de tweede dag bleek dat Fé teveel was afgevallen. Ze zeiden dat er met de voeding iets niet goed ging. Waardoor ik nog meer het gevoel kreeg dat ik het niet goed deed. De katheter werd er zonder pardon uitgehaald en vanaf dat moment werd verwacht dat ik ging lopen. Dat ging eigenlijk gewoon niet. Telkens wanneer ik opstond, kwam er weer zo’n aanval van pijn. Die hield zo’n 5 tot 10 minuten aan, waarbij ik verstijfd zat te huilen van de pijn. Ook daarvan vertelde niemand wat het eigenlijk voor pijn was. Dat heb ik ook maar zelf moeten uitzoeken op internet. Het was echt heel heftig. Pijnmedicatie hielp niet, zelfs de morfine pilletjes niet. Daar werd ik zo high als iets van, maar de pijn bleef.
Gelukkig mochten we een dag later wel gewoon naar huis. Daar keken we heel erg naar uit, al maakte ik me enorm veel zorgen over hoe ik thuis alles moest gaan doen. Uiteindelijk heb ik thuis nog een dikke week in een ziekenhuisbed in de woonkamer gelegen. Nog steeds niet in staat om mijn dochter te verzorgen. Toekijkend van de zijlijn. Met het gevoel dat ik 20 stappen achterstond. Ik zat te kijken hoe ze voor het eerst in badje ging, 3 meter verderop. Bezoek ging recht voor mijn neus staan, waardoor ik het niet eens echt heb kunnen zien. Die momenten krijg ik nooit meer terug.
‘Je hebt er iets moois voor gekregen’
Voor mij is het verdrietig dat mijn bevalling en de nasleep ervan zo’n traumatische ervaring is geworden. Ik heb zo’n fijne zwangerschap gehad, waarin ik dolgelukkig was en me goed voelde. Er zijn zelfs nu nog momenten waarop ik daar verdriet van heb. Dat ik het zo jammer vind, dat het zo gelopen is. Dat ik het zo graag anders had gezien. Het enige dat als antwoord daarop krijg is meestal ‘ach, je hebt er toch iets moois voor gekregen’. En dan wordt je als moeder eigenlijk de mond gesnoerd. Dat je je bijna moet schamen, omdat je niet fijn terugkijkt op je bevalling. En er zijn mensen die blijven zeggen dat Fé dood was gegaan als ik thuis was bevallen, totaal niet bewust van hoe erg het is wat je dan eigenlijk tegen iemand zegt. Ik verwacht ook dat ik dit de aankomende twintig jaar nog zal moeten aanhoren.
Natuurlijk heb ik er iets moois voor teruggekregen, daar ben ik me heel erg van bewust. Daar is geen twijfel over mogelijk.
Voor mijn gevoel ben ik enorm in de steek gelaten tijdens mijn bevalling. Eigenlijk heb ik me nog nooit zo in de steek gelaten gevoeld. Als ik nu – maanden later – nadenk over hoe ik daar met al die pijn rondliep. Niemand die me iets heeft uitgelegd. Fé die tot twee keer toe bijna doodging. Nadenkend of ik onbewust een heel vervelend persoon ben en mensen dachten ‘laat die daar maar gewoon liggen’. Of ik misschien onaardig tegen mensen deed en daarom niet de moeite waard was om een beetje steun te krijgen.
We wisten – gelukkig – al dat Fé ons enige kindje zou worden. En mocht dat nog niet duidelijk zijn geweest, dan weet ik 100% zeker dat ik dit nooit meer opnieuw zou doen. Zwanger zijn wel (als de wens er zou zijn), bevallen niet. Voor Fé zou ik het duizend keer opnieuw doen, maar voor een tweede kindje zou ik deze ellende niet nog eens doorstaan. En nee, één kindje alleen is niet zielig. Wanneer je geen goede band hebt met je broers of zussen voor de rest van je leven, dat is pas sneu.
Dat kan korter
Soms kunnen dingen inderdaad korter. Dat had in dit geval ook gekund, maar ergens is het ook fijn om mijn verhaal te kunnen delen. Op mijn eigen plek op het internet. Mensen die het willen lezen, kunnen het lezen. Misschien kan ik er mensen mee geruststellen. Of helpen. Het gevoel geven dat ze niet alleen zijn. Er zijn talloze vrouwen, teveel vrouwen, met een traumatische ervaring tijdens hun bevalling. Ik ben niet bijzonder of speciaal. Dat realiseer ik me ook. En ons wordt heel vaak de mond gesnoerd, omdat we er inderdaad iets prachtigs en onbetaalbaars voor terug hebben gekregen. Maar dan mag alsnog verdriet en teleurstelling rondom de bevalling bestaan. Mede omdat er veel dames online zijn, die bevallen een soort van romantiseren. Deze waaier gaat helaas nog voor teveel vrouwen niet op.
En voor de mensen die echt denken dat het korter kan, heb ik maar één woord: MAND.
Irene
Oo Alyssa, zo herkenbaar! Hier een beetje hetzelfde verhaal (ook met hartslag weg en weeënstorm, weinig info en paniek). Heb ook veel verdriet gehad omdat ik een spoedkeizersnede kreeg onder volledige narcose (omdat er vanalles misging en ik het snijden nog voelde) en de geboorte van mijn baby heb gemist. Het helpt totaal niet als mensen dan zeggen dat het het allemaal waard was of dat je baby gezond is.
Ik heb door mijn traumatische bevalling ook lang gedacht dat ik maar 1 kindje wilde. Ondertussen 4 jaar later is die kinderwens er wel opnieuw, maar het gaat toch ook niet helemaal zoals ik voor ogen had.
Ik heb trouwens geen goede band met mijn broer, dat is inderdaad erg jammer!
Alyssa
IreneWat naar dat jij ook zoiets hebt meegemaakt tijdens je bevalling. En dat je de geboorte helemaal gemist hebt, lijkt me echt afschuwelijk. Het helpt inderdaad niet wanneer mensen zoiets zeggen, net alsof je verdriet er dan niet mag zijn. Terwijl deze er natuurlijk wel mag zijn.
Wij hebben die wens niet en die zal er ook niet komen. Mijn man is wat ouder dan dat ik ben (en ik ben in zwangerschapstermen ook al ‘ouder’). Daarnaast hebben we er 4 jaar over gedaan om überhaupt tot dit punt te komen, met veel verdriet, miskramen en ander gedoe. Daarom weet ik echt 100% zeker dat ons Feetje alleen zal blijven. Ik wens jou toe dat je snel zwanger mag zijn van een tweede kindje en dat je zwangerschap en bevalling zorgeloos mogen zijn. Dat kan gewoon allemaal zomaar, ondanks dat de eerdere ervaring niet fijn was. 🤎